Verlening van de vrijwillige overuren in de curciale sectoren

 In de cruciale sectoren is het mogelijk om bruto-netto vrijwillige overuren te presteren, net zoals in de horecasector.

Enkel belangrijke weetjes:

  • Enkel in de cruciale sectoren (“ondernemingen die personeel tewerkstellen en die noodzakelijk zijn voor de bescherming van de vitale belangen van de Natie en de behoeften van de bevolking zoals vermeld in het kader van de dringende maatregelen genomen door de minister van Binnenlandse Zaken om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, alsook de producenten, leveranciers, aannemers en onderaannemers van goederen, werken en diensten die essentieel zijn voor de activiteit van deze ondernemingen.”)
  • Op verzoek van de werkgever.
  • Enkel met een schriftelijk akkoord van de werknemer. Dat akkoord is 6 maanden geldig en kan vernieuwd worden.
  • De werknemer mag niet meer dan 11 uren per dag en 50 uren per week werken.
  • Tot en met 30 september 2021 wordt de grens voor vrijwillige overuren verhoogd tot 220 uren. Dat betekent dus dat boven de grens van vrijwillige overuren per kalenderjaar, in het tweede kwartaal 120 extra vrijwillige overuren gepresteerd kunnen worden.
  • Net als gewone vrijwillige overuren moeten deze 120 uren niet ingehaald In tegenstelling tot bij het gewone stelsel, is er geen overloonop verschuldigd.
  • Onder voorbehoud van bevestigng: Bruto-netto overuren (vrijgesteld van socialezekerheidsbijdragen en inkomensbelasting)

 

 

 

 

 

 

 

Aanpassing van het bedrag van de kilometervergoeding 2021 voor dienstverplaatsingen

Federale ambtenaren kunnen voor de periode van 1 juli 2021 tot 30 juni 2022 krijgen een vergoeding van 0,3707 euro per kilometer wanneer ze hun eigen wagen gebruiken bij dienstverplaatsingen. Voor 30 juni bedroeg het 0,3542 euro per km. De stijging is het gevolg van een indexering.
Belangrijk om te weten is dat de fiscus dit bedrag aanvaardt als een forfaitaire terugbetaling van kilometerkosten aan een werknemer die zijn eigen auto gebruikt voor verplaatsingen dienstverplaatsingen voor zijn werkgever. Het wordt beschouwd als ‘kosten eigen aan de werkgever’ waardoor de terugbetaling belastingvrij blijft voor de werknemer.

Uitbreiding studentenarbeid 3de kwartaal 2021 in alle sectoren – coronamaatregel

We citeren uit Administratieve instructies RSZ – 2021/2 :

“Om het mogelijk te maken jobstudenten in te zetten als bijkomende arbeidskrachten bij de relance om zo de economie te ondersteunen door flexibiliteit en extra middelen aan te bieden, zullen de uren die een student presteert tijdens het 3de kwartaal 2021, niet meetellen voor het contingent van 475 uren per jaar. Het wetsontwerp werd op 9 juni in de bevoegde Kamercommissie goedgekeurd en moet nog door het parlement goedgekeurd worden.

Dit geldt voor alle studenten ongeacht de sector waarin ze tewerkgesteld worden. Dit wil zeggen dat voor de student die met een studentenovereenkomst kan worden tewerkgesteld, ook indien zijn contingent reeds opgebruikt is in het 1ste of het 2de kwartaal of volledig gereserveerd zou zijn voor voorziene prestaties in het 4de kwartaal, voor al de uren gepresteerd in het 3de kwartaal 2021 toch de solidariteitsbijdrage kan toegepast worden in plaats van de gewone bijdragen.

De gewone aangifteregels blijven gelden, dus een Dimona ‘STU’ voor de tewerkstelling aanvangt en achteraf een aangifte DmfA van de gepresteerde uren. Een Dimona met aanduiding van uren blijft verplicht, maar ‘reserveren’ om zeker te zijn dat de student nog voldoende uren beschikbaar heeft die in aanmerking komen voor de solidariteitsbijdrage is dus niet nodig voor het 3de kwartaal 2021 aangezien alle in het 3de kwartaal gepresteerde uren door een student in aanmerking komen voor de solidariteitsbijdrage.

De onlineteller waarbij het resterende aantal uren in het contingent kan worden geconsulteerd, zal eerstdaags worden aangepast.

De regionale instellingen bevoegd voor het toekennen van kinderbijslagen zullen onderzoeken hoe hun reglementering kan worden aangepast om te voorkomen dat studenten die op deze manier in het 3de kwartaal worden tewerkgesteld, hun kinderbijslag zouden verliezen. Zodra hierover meer informatie beschikbaar is zal dit meegedeeld worden via de website www.studentatwork.be .

Dat geldt ook voor het begrip persoon ten laste in de fiscale reglementering, waarvoor er mogelijk een aanpassing aan de reglementering zal voorzien worden.”

Kan je zomaar deelnemen aan de aanwervingstest?

Sommige werkgever vragen om een praktische aanwervingstest te doen voordat de arbeidsovereenkomst wordt ondertekend.

Weet dat een dergelijke test niet zomaar kan!

De proef moet van beperkte duur zijn, niet rendabele en onbezoldigd!

  • Beperkte duur: niet langer duren dat de tijd die nodig is voor de werkgever om de sollicitant te evalueren. In de Horecasector kan perfect een overeenkomst voor gelegenheidsarbeid als alternatief gebruikt worden;
  • Niet rendabel voor de ondernemer;
  • Onbezoldigd voor de sollicitant.

Indien de test te lang duurt of winstgevend is voor de ondernemer of bezoldigd voor de sollicitant wordt de test aanzien als een mondelinge arbeidsovereenkomst!

Voor meer informatie hierover kan je terecht bij de Horval West-Vlaanderen sociaal consultenten.

‘Wereld Chocolade Dag’

Op 7 juli is het ‘Wereld Chocolade Dag’ ter herinnering aan het feit dat op 7 juli 1550 chocolade voor het eerst werd geïntroduceerd in Europa.

Geniet van eerlijk geproduceerde chocolade!

Pensioenpremie voor uitzendkrachten

Binnen het Paritair Comité voor uitzendarbeiders (PC322) werd de CAO betreffende de pensioenpremie voor de uitzendkrachten verlengd tot 30 september 2021.

De brutolonen van de uitzendkrachten die tewerkgesteld zijn in sectoren met een sectorale pensioenregeling, te verhogen met een percentage dat overeenkomt met de in de sectoren betaalde bijdrage.

De premie moet afzonderlijk vermeld worden op de loonfiche  onder de uniforme benaming “pensioenpremie”.

Meer info bij de sociaal consulenten van Horval West-Vlaanderen.

Wijziging van bedragen van uitkeringen ingevolge de welvaartsaanpassing 2021-2022

Sommige bedragen in de werkloosheidsreglementering en aanverwante reglementeringen worden aangepast aan de welvaart.
Zo worden vanaf 01.07.2021 opgetrokken:
– de minima van de werkloosheidsuitkeringen met en zonder anciënniteitstoeslag (VW)
– de forfaits van de werkloosheidsuitkeringen (VW);
– de minima voor TW en jeugd- en seniorvakantie;
– de minima voor SWT;
– alle loongrenzen (en dus ook alle maxima)
– de inschakelings- en overbruggingsuitkeringen;
– de uitkeringen van de onthaalouders.